Log in
inloggen bij Betoniek
Hulp bij wachtwoord
Geen account?
shop word lid
Home / / Artikelen

Balans tussen snelheid en CO2

Versnelling hydratatie door alkalische activatie hoogovenslak in hybride betonmengsel Jacques Linssen - 18 oktober 2023

In de prefab-betonindustrie is snelheid essentieel. Elementen moeten soms al na 8 uur worden ontkist. Om dat te kunnen realiseren, zijn snelle betonmengsels nodig. Dit staat echter op gespannen voet met de ambitie de CO2-uitstoot van beton te verminderen. Het is daarom zoeken naar de juiste balans. Bij Voorbij prefab is daarmee positieve ervaring opgedaan met de toepassing van hoogovenslak in combinatie met natriumsulfaat als activator. De redactie van Betoniek vroeg betontechnoloog Ruud Out naar de achtergronden van deze ontwikkeling.

In het kort

  • In de prefab-betonindustrie wordt in betonmengsels van oudsher gebruikgemaakt van portlandcement
  • Het nadeel van portlandcement is dat de productie gemoeid gaat met een grote CO2-emissie
  • Uit onderzoek komt naar voren dat activatie met natriumsulfaat de vroege sterkte van hoogovenslak-houdende cementen kan versnellen
  • Natriumsulfaat reageert met het calciumhydroxide uit het cement tot natriumhydroxide, met een verhoogde pH tot gevolg, waardoor de hoogovenslak wordt geactiveerd
  • Bij de ontwikkeling van een milieuvriendelijk mengsel bij Voorbij is gezocht naar een balans tussen vroege sterkte, eindsterkte, aandeel hoogovenslak, aandeel klinker en hoeveelheid natriumsulfaat
  • Aandachtpunten zijn het risico op carbonatatie, een verhoogd risico op ASR en de vorming van ettringiet
  • Controle van KIWA heeft geleid tot een goedkeuring (attest) op de bindmiddelcombinatie en een maximale dosering natriumsulfaat
  • In zijn algemeenheid geldt dat er in de prefab-betonindustrie veel winst is te behalen in de CO2-uitstoot

In de prefab-betonindustrie wordt in betonmengsels van oudsher gebruikgemaakt van portlandcement (CEM I), in ieder geval voor een belangrijk deel. De reden is dat dit cement snel hydrateert en daarbij in korte tijd hoge sterkten genereert, ook bij lagere temperaturen. Dat is nodig omdat het beton voor een kosteneffi ciënt proces snel na het storten moet worden ontkist en om schade aan het product bij ontkisten te voorkomen. Het nadeel van portlandcement is dat de productie van het belangrijkste bestanddeel, de portlandcementklinker, gemoeid gaat met een grote CO2-emissie. Dit komt vooral doordat CO2 vrijkomt als restproduct bij het chemische proces, de calcinatie. Hierbij wordt kalksteen (CaCO) bij hoge temperatuur in een reactie met zuurstof (O2) omgezet tot klinker (CaO en CO2). Een kleiner, maar nog steeds signifi cant deel is te wijten aan het verbruik van energie in de verbrandingsovens. Bij de productie van cement kunnen als vervanger voor klinker ook bijproducten als hoogovenslak (dat vrijkomt bij de productie van ruwijzer) of poederkoolvliegas (dat vrijkomt uit kolengestookte elektriciteitscentrales) worden gebruikt. De CO2-footprint van de betreff ende cementen, respectievelijk hoogovencement (CEM III) en poederkoolvliegascement (CEM II), is veel lager dan die van portlandcement. Het nadeel is dat deze cementen, en dus ook het beton waarin ze worden toegepast, minder snel verharden dan CEM I.

Volledige bericht lezen?

Het volledige item is gratis beschikbaar voor onze leden.
Nog geen lid? meld u aan bij ons netwerk.

Reacties

x Met het invullen van dit formulier geef je Betoniek en relaties toestemming om je informatie toe te sturen over zijn producten, dienstverlening en gerelateerde zaken. Akkoord
Renda ©2024. All rights reserved.

Deze website maakt gebruik van cookies. Meer informatie AccepterenWeigeren