Tijdens een symposium in november 2024 presenteerde het Cement&BetonCentrum zijn Roadmap CO2-reductie voor cement en beton in Nederland. De roadmap [1] beschrijft de reductie-initiatieven van de cementindustrie en de geschatte emissiereducties van aangrenzende sectoren in de betonketen. In dit artikel beschrijven we de belangrijkste onderdelen van deze roadmap en gaan we dieper in op de achtergrond en de technologische randvoorwaarden die hebben geleid tot de roadmap.
EEN TOELICHTING OP DE ROADMAP
Tijdens een symposium in november 2024 presenteerde het
Cement&BetonCentrum zijn Roadmap CO
2
-reductie voor cement en
beton in Nederland. De roadmap [1] beschrijft de reductie-initiatieven
van de cementindustrie en de geschatte emissiereducties van
aangrenzende sectoren in de betonketen. In dit artikel beschrijven we
de belangrijkste onderdelen van deze roadmap en gaan we dieper in
op de achtergrond en de technologische randvoorwaarden die hebben
geleid tot de roadmap.
Roadmap CO2-
reductie voor cement
en beton in Nederland
CO
2
-EMISSIE CEMENT EN BETON
De productie van cement en beton leidt om een
aantal redenen tot CO
2
-emissies.
Cement
Wereldwijd draagt de productie van cement
maar liefst 7% bij aan de totale, door mensen
veroorzaakte CO
2
-emissie. In Nederland is de
bijdrage met 1,9% (2021) weliswaar veel lager,
maar ook relatief groot. Dat de bijdrage van in
Nederland toegepast cement fors lager is dan de
wereldwijde bijdrage heeft meerdere oorzaken.
Het gaat om een verhoudingsgetal en Nederland
stoot als rijk land relatief veel CO
2
uit. Daarnaast
2
VAKBLAD 3 2025
Auteur ir. Edwin Vermeulen MBA, Cement&BetonCentrum
zelfs gunstiger dan het milieuprofiel van een
constructie van andere materialen, inclusief
verlijmd hout (CLT) [2]. Zeker wanneer we het
over de gehele levensduur van een constructie
bekijken, dus inclusief het energieverbruik en
onderhoud, is beton een verantwoorde keuze.
Beton is echter vanwege de betrouwbaarheid,
veiligheid, veelzijdigheid, regionale beschik-
baarheid en lange onderhoudsarme levensduur
een zeer gewild materiaal. Daardoor wordt er
wereldwijd meer beton geproduceerd dan alle
andere materialen bij elkaar (fig. 2). Ook in
Nederland is beton het meest toegepaste mate-
riaal. Ruim 75% van de totale massa aan bouw-
2 Schatting wereldproductie materialen in 2020. Samengesteld door C&BC op basis van diverse bronnen.
Andere materialen dan keramiek, asfalt, cement en beton worden ook of juist vooral buiten de bouw toegepast
1 Bijdragen CO
2
-emissies vanuit de betonketen (figuur gebaseerd op data uit Milieu-impact van betongebruik in
de Nederlandse bouw, CE Delft, 2013)
Download
de complete
roadmap op de
website van het
Cement
&BetonCentrum
via de QR-code.
gebruiken we minder beton: ongeveer 0,75 m
3
per inwoner ten opzichte van 1,75 m
3
per
wereldburger. Maar de belangrijkste oorzaak is
dat het gemiddelde CO
2
-profiel van in Neder-
land toegepast cement het laagste ter wereld is,
vooral door het gebruik van hoogovencement. In
het percentage voor Nederland zijn uiteraard de
emissies als gevolg van de in het buitenland
geproduceerde maar in Nederland toegepaste
cement en klinker meegenomen.
Betonketen in Nederland
De productie van de grondstoffen voor beton
(in binnen- en buitenland) en van het beton
zelf (zonder wapeningsstaal) draagt 60% bij
aan de totale CO
2
-emissie in de betonketen. De
overige 40% is afkomstig van transport, bouw-
en sloopwerkzaamheden en wapeningsstaal
(fig. 1). Ongeveer 98% van het CO
2
-profiel van
het (ongewapende) beton wordt bepaald door
cement.
VERGELIJKING MET ANDERE MATERIALEN
De forse CO
2
-emissie als gevolg van de produc-
tie van cement resulteert niet in een ongunstig
CO
2
-profiel van beton. Sterker nog, ook op
gebouwniveau is het milieuprofiel van een con-
structie van beton meestal vergelijkbaar met, of
3
VAKBLAD 3 2025
materialen voor de woning- en utiliteitsbouw
bestaat uit beton [3] en daarnaast wordt beton
gebruikt voor bestrating en straatmeubilair,
betonverhardingen, het rioolstelsel, sluizen,
bruggen en viaducten.
Momenteel wordt wereldwijd jaarlijks onge-
veer 14 miljard m
3
beton per jaar geprodu-
ceerd. In 2022 werd hiervoor 4,1 miljard ton
cement geproduceerd, waarvan meer dan de
helft in China en een kwart in de rest van Azië.
Het aandeel van de Europese unie in de totale
cementproductie was in 2022 4,3% [4].
De productie van cement is in de afgelopen
decennia veel harder gestegen dan de groei
van de wereldbevolking (fig. 3). De forse toe-
name is dan ook vooral het gevolg van de toe-
name van de welvaart in met name Azië. Zodra
de welvaart toeneemt, ontstaat er verdere ver-
stedelijking en daarmee extra behoefte aan
beton voor onder andere huizen, rioolstelsels,
verhardingen en infrastructuur.
Vanwege de enorme vraag naar beton en dus
cement is er ondanks het relatief gunstige mili-
euprofiel van beton toch een forse bijdrage aan
de totale CO
2
-emissie.
WEINIG ALTERNATIEVEN VOOR
PORTLANDCEMENTKLINKER
De enorme vraag naar beton en daarmee naar
cement maakt het zoeken naar een alternatief
voor op portlandcementklinker gebaseerd
cement lastig. De meeste grondstoffen vallen
af omdat ze ofwel schaars zijn, ofwel omdat er
geen bindmiddel van te maken is. Zo zijn er
reparatiemortels voor beton op basis van
magnesiumfosfaatcement, maar serieus
opschalen levert problemen op met de voed
-
selproductie, aangezien fosfaat een belang-
rijke en nu al schaarse component is voor
kunstmest.
Portlandcementklinker wordt gemaakt van
grofweg 80% kalksteen en 20% klei en dat zijn
materialen die onbeperkt beschikbaar zijn.
Kalksteen wordt hoofdzakelijk gevormd door
skeletjes van plankton. Jaarlijks wordt er in de
oceanen meer kalksteen gevormd dan er
gebruikt wordt voor de klinkerproductie. Dat
was de afgelopen vele miljoenen jaren ook al
zo en daarom is overal ter wereld kalksteen
ruim voorradig. Klei ontstaat door de verwe-
ring en erosie van gesteenten en wordt voort-
durend gevormd en afgezet.
Met het gebruik van kalksteen en klei als basis
wordt portlandcementklinker gevormd uit de
elementen zuurstof, silicium, calcium, ijzer en
aluminium en daarnaast bevat klinker onver
-
mijdelijk wat natrium, kalium en magnesium.
Deze elementen vormen samen 98% van de
aardkorst (fig. 4). IJzer is in ertsvorm
overigens wel redelijk schaars (voorraad
voor enkele eeuwen) en ook aluminiumerts
is niet oneindig beschikbaar (~20.000 jaar)
[5], maar voor de productie van klinker
gaat het om ijzer en aluminium die aanwezig
is in klei.
Omdat de mogelijkheden voor alternatieven
beperkt zijn, zal ook in de voorzienbare toe-
komst beton hoofdzakelijk worden gemaakt
met op portlandcementklinker gebaseerd
cement. En beton vervangen door andere
materialen levert milieutechnisch meestal
geen winst op en is bovendien alleen al op
basis van het enorme volume niet mogelijk. Het
is daarom noodzakelijk om de CO
2
-emissie als
gevolg van de productie van cement en beton
te reduceren en uiteindelijk terug te brengen
tot nul. Hierna gaan we in op de stappen die
hiervoor nodig zijn.
ROUTE NAAR CO
2
-NEUTRAAL CEMENT EN
BETON
Cement
Cement draagt zoals eerder aangegeven voor
bijna 60% bij aan de totale CO
2
-emissie van de
betonketen. De CO
2
-emissie reduceren bij de
productie van de basisgrondstof voor cement,
portlandcementklinker, is echter niet een
voudig, vooral omdat de CO
2
die vrijkomt in de
chemische reactie die plaatsvindt bij het
verhitten van kalksteen, de zogeheten proces-
emissies, niet te vermijden zijn. Deze emissies
vormen ongeveer tweederde van de emissies
als gevolg van de productie van klinker.
Grofweg een derde is het gevolg van het
gebruik van brandstoffen om de grondstoffen,
hoofdzakelijk kalksteen en klei, te verhitten
tot uiteindelijk 1.450 °C. Nu al is in Europa
meer dan de helft en vaak al zo'n 80% van de
fossiele brandstoffen vervangen door
secundaire brandstoffen en op de langere
termijn kunnen ovens ook met groene
waterstof worden verhit, maar vanwege de
3 Wereldproductie van cement en ruwijzer in relatie tot de groei van de wereldbevolking. Samengesteld door
C&BC op basis van diverse bronnen
4 Portlandcementklinker wordt gemaakt van
elementen die samen 98% van de aardkorst
vormen
4
VAKBLAD 3 2025
CO
2
uit de kalksteen zal het ook dan
noodzakelijk zijn om CO
2
bij de klinker
productie af te vangen.
Figuur 5 geeft schematisch weer wat de CO
2
-
bronnen bij de productie van cement zijn,
evenals de gemiddelde verhouding tussen
klinker en overige hoofdbestanddelen van
cement in Nederland.
Betonketen
Er zijn weinig alternatieven voor op portland-
cementklinker gebaseerd cement en CO
2
-
afvang bij de productie van klinker is bijzonder
kostbaar en zal daarom beperkt moeten wor
-
den tot onvermijdelijke emissies. Daarom is er
voor CO
2
-reductie een breed pakket van maat-
regelen nodig in de gehele betonketen. Het
gaat om CO
2
-besparingen vanaf de productie
van portlandcementklinker, tot de bouw en
hergebruik van beton. In de Europese Road
-
map van CEMBUREAU [6] wordt de brede
gezamenlijke verduurzaming van de betonke
-
ten de '5C aanpak' genoemd, omdat het gaat
om de onderdelen Clinker, Cement, Concrete,
Construction en Carbonation. Kort samenge -
vat gaat het om reductie van de CO
2
-emissie
bij de productie van klinker, verlaging van het
klinkergehalte in cement, verlaging van het
cementgehalte in beton, efficiënter gebruik
van beton in constructies en carbonatatie van
beton (fig. 6). Hierna gaan we op deze vijf
onderdelen in.
(MEER) CARBONATATIE
Gedurende de gehele gebruiksfase en bij de
recycling neemt beton CO
2
op. Vooral de kalk-
hydraat in de cementsteen reageert met CO
2
tot het oorspronkelijke uitgangsmateriaal
kalksteen. Het gaat om zeer grote hoeveelhe-
den CO
2
. Volgens het Global Carbon Budget
2023 wordt jaarlijks maar liefst 1,8% van de
door mensen veroorzaakte CO
2
-emissies vast-
gelegd in beton. Volgens een in 2016 versche-
nen artikel in Nature Geoscience zou het zelfs
om 2,5% gaan. Op basis van een Zweedse stu-
die wordt in de roadmap echter zeer conserva-
tief gerekend met een CO
2
-opname van 23%
van de procesemissies, hetgeen overeenkomt
met ongeveer 15% van de CO
2
-emissies als
gevolg van de productie van klinker. Uitgaande
van de totale bijdrage van 7% (waarvan 90%
van de productie van klinker) komt dat overeen
met 0,95% van de door mensen veroorzaakte
CO
2
-emissies.
De opname van CO
2
door beton kan worden ver-
sterkt door betongranulaat te beluchten met
rookgassen van klinkerovens. Door de hogere
CO
2
-concentratie en temperatuur wordt dan
meer dan 50% van de procesemissies opgeno-
men. In de roadmap is echter uitsluitend de
natuurlijke CO
2
-opname door carbonatatie van
beton en betongranulaat meegerekend.
In de roadmap is wel een bescheiden hoeveel-
heid CO
2
(25.000 ton in 2030) meegerekend die
zal worden vastgelegd in gerecyclede cement-
steen (RCF). Met selectieve breektechnieken
komt bij recycling van beton de cementsteen
als een aparte materiaalstroom vrij. Door dit
materiaal met CO
2
te laten reageren wordt én
CO
2
weer permanent vastgelegd én wordt het
materiaal reactief, waardoor het CO
2
-inten-
sieve klinker kan vervangen. Het gaat bij deze
(gepatenteerde) technologie om grote hoe-
veelheden: een ton RCF kan tot zo'n 200 kg aan
CO
2
permanent vastleggen.
MINDER BETON IN BETONCONSTRUCTIES
Door beton en wapeningsstaal alleen daar
te plaatsen waar het constructief nodig is,
kan fors worden bespaard op beton en
wapeningsstaal. In figuur 7 wordt een
extreem voorbeeld getoond, een vloer met in
vergelijking met een massieve vloer tot
70% minder beton en tot 90% minder wape-
ningsstaal. In de roadmap is voor 2030, inclu-
sief her bestemmen van gebouwen en
her gebruik, gerekend met 5% minder beton
5 CO
2
-emissies bij de productie van cement (de percentages in kleine cijfers hebben betrekking op
massaverhoudingen, niet op CO
2
-emissies)
6 CO
2
-reductie in de betonketen vraagt om een breed pakket aan maatregelen.
5
VAKBLAD 3 2025
en wapeningsstaal ten opzichte van 2017.
Gezien de potentiële besparingen een
zeer bescheiden percentage, maar anders ont-
werpen, produceren en bouwen is
een complexe en zeker in het begin kostprijs-
verhogende opgave.
MINDER CEMENT IN BETON
Door de betonsamenstelling te optimaliseren
is minder cement nodig. Bij deze optimalisatie
gaat het om onder andere korrelpakkingopti-
malisatie, acceptatie van langere verhardings-
tijden en nieuwe hulpstoffen, waardoor het
cementgehalte in beton kan worden verlaagd.
De betontechnoloog bereikt nu een zo laag
mogelijk volume aan holle ruimtes tussen de
korrels zand en grind door de beschikbare toe-
slagmaterialen in een zo optimaal mogelijke
verhouding te mengen. Hierbij wordt gekeken
naar de korrelopbouw van de toeslagmateria-
len, maar er wordt geen rekening gehouden
met de vorm van de korrels, oppervlaktekrach-
ten en andere fenomenen die van invloed zijn
op de korrelpakking. Daarnaast vindt meestal
geen optimalisatie plaats van de korrelpakking
van de toegepaste poeders (cement en even-
tuele vulstoffen). Met korrelpakkingsmodel-
len, die met meer factoren rekening houden
dan alleen de korrelgradering, kan een hogere
pakkingsdichtheid worden bereikt. Een hogere
pakkingsdichtheid betekent een lager volume
aan holle ruimtes, waardoor er minder
cementlijm nodig is en dus ook minder cement
bij gelijkblijvende sterkte.
Voor 2030 wordt, in lijn met eerdere inschattin-
gen die in het kader van het Betonakkoord zijn
gemaakt, door optimalisatie van de betonsa-
menstelling een CO
2
-besparing van 1,6% ver-
wacht, vooral op basis van verbetering van de
korrelpakking. Theoretisch zijn veel grotere
besparingen mogelijk, maar er wordt uitge-
gaan van optimalisatie van alleen de toeslag-
materialen (niet de poeders) en van de nu
gebruikte grondstoffen.
De bijdrage van de optimalisatie van de beton-
samenstelling neemt in de roadmap nog toe tot
2040. Voor 2050 is met een lagere bijdrage
gerekend als gevolg van het toenemend aan-
deel CO
2
-neutraal cement, om dubbeltelling te
voorkomen.
MINDER KLINKER IN CEMENT
Voor Europa zijn er goede mogelijkheden om
het gemiddelde gehalte aan klinker in cement
de komende jaren te verlagen. Verwacht wordt
dat het gemiddelde klinkergehalte kan worden
verlaagd van 77% nu naar 60% in 2050. In
Nederland zitten we echter al op een gemid-
deld klinkergehalte van 60%, dankzij groot-
schalige toepassing van hoogovencement. De
beschikbaarheid van hoogovenslak zal echter,
door verduurzaming van de staalindustrie, in
de komende jaren gaan afnemen. Kalksteen-
meel en gecalcineerde klei zijn wel onbeperkt
beschikbaar c.q. te maken (fig. 8), al kan met
deze materialen niet net zoveel klinker worden
vervangen als met hoogovenslak.
In de Nederlandse Roadmap gaan we ervan uit
dat de afname van de beschikbaarheid van
hoogovenslak tot 2030 beperkt zal zijn en kan
worden gecompenseerd door meer import en
door vervanging van portlandcement door
portlandcomposietcement, met gebruik van
kalksteen en natuurlijke en gecalcineerde puz-
zolanen als hoofdbestanddeel in cement. Voor
2040 en 2050 wordt eveneens verwacht dat het
gemiddelde aandeel klinker gehandhaafd kan
blijven op circa 60%. Vermoedelijk zal het klin-
kergehalte in transportbeton, waar nu gebruik
van hoogovencement CEM III/B met een klin-
kergehalte van slechts 25 tot 30% gangbaar is,
wat gaan toenemen, terwijl het klinkergehalte
in prefab beton zal dalen.
MINDER CO2 IN KLINKER
Optimalisatie klinkerproductie
De optimalisatie van de klinkerproductie betreft
verbetering van de thermische efficiëntie van het
klinkerproces en het gebruik van gedecarbona
-
teerde grondstoffen. Bij gedecarbonateerde
grondstoffen gaat het vooral om afval en rest
-
stromen van andere industrieën, waarin calcium
in een andere vorm zit dan gebonden met CO
2
.
De optimalisatie van de klinkerproductie
betreft ook vergroting van het aandeel aan
secundaire brandstoffen. Er wordt ook onder-
zoek gedaan naar verhitten met groene stroom
en groene waterstof, maar voor 2030 wordt
daarvan nog geen bijdrage verwacht.
CCS/CCU
In 2030 zal naar verwachting in Nederland door
CO
2
-afvang al op relatief grote schaal CO
2
-neu-
traal cement beschikbaar zijn. Het in Nederland
toegepaste cement en de in Nederland voor de
productie van cement geïmporteerde portland-
cementklinker komen hoofdzakelijk uit Duits-
land en België. Bij twee cementfabrieken in Bel-
gië zijn projecten gestart om de CO
2
die vrijkomt
bij de productie van portlandcementklinker vol-
ledig af te vangen. Twee van de vier klinker-
ovens in België zullen hierdoor al voor 2030
CO
2
-neutrale portlandcementklinker produce-
ren. Cement dat met deze klinker wordt
gemaakt zal een zeer bescheiden CO
2
-profiel
hebben. Ook in Duitsland zijn CCU/CCS-projec-
ten gestart bij voor Nederland relevante loca-
ties die al voor 2030 operationeel zullen zijn. Op
basis hiervan wordt ingeschat dat in 2030 in
Nederland 25% van de portlandcementklinker
7 Door alleen materiaal te plaatsen waar het constructief nodig is kon in een onderzoek 70% op beton en 90% op
wapeningsstaal worden bespaard in vergelijking met een traditionele betonvloer. (foto: Block Research Group, Zürich.)
6
VAKBLAD 3 2025
CO
2
-neutraal zal zijn, ongeveer het dubbele van
wat voor heel Europa wordt verwacht.
Voor 2040 is in lijn met de roadmap van CEM-
BUREAU gerekend met CO
2
-afvang bij ruim
50% van de klinkerovens in Europa en voor
2050 bij ruim 75% van de ovens.
Meer over de technieken en projecten voor
CO
2
-afvang bij de klinkerproductie is te lezen
in het Betoniek-artikel CO
2
-afvang bij de pro-
ductie van cement (maart 2024).
Alternatieve klinkersoorten
Er zijn meerdere alternatieven voor portland-
cementklinker in ontwikkeling, waaronder cal-
ciumsulfoaluminaat-belietcementklinker
waarvoor in Nederland al regelgeving wordt
ontwikkeld voor toepassing in constructief
beton. Deze klinker levert een CO
2
-reductie
van zo'n 25 tot 30% ten opzichte van portland-
cementklinker, terwijl de sterkteontwikkeling
vergelijkbaar is. Vanwege de beperkingen in
opschaalbaarheid van de grondstoffen en/of
het toepassingsgebied zal de bijdrage van
alternatieve klinkersoorten aan de CO
2
-reduc-
tie wel beperkt blijven.
ROADMAP CO2-REDUCTIE
In de roadmap zijn alle genoemde maatregelen
samengevoegd. Het einddoel is om uiterlijk in
2050 klimaatneutraal te zijn, maar de roadmap
geeft ook doelen voor CO
2
-reductie voor 2030 en
2040.
8 Beschikbaarheid en gebruik van hoofdbestanddelen voor cement. Samengesteld door C&BC op basis van
diverse bronnen
De emissiereducties worden in figuur 9 weer-
gegeven. Voor 2030 gaat het om ruim 50%
reductie ten opzichte van 1990, terwijl Neder-
lands beton ook in 1990 al het laagste CO
2
-pro-
fiel ter wereld had. Dat we in 2030 toch al 50%
reductie bereiken komt onder meer doordat in
2030 al 25% van in Nederland toegepaste port-
landcementklinker CO
2
-neutraal zal zijn, aan-
zienlijk meer dan gemiddeld in Europa.
RANDVOORWAARDEN
Voor de reducties zijn geen baanbrekende
innovaties nodig. Wel is het noodzakelijk dat de
Europese Unie en de lidstaten de juiste rand-
voorwaarden scheppen om uitvoering van alle
benodigde maatregelen en investeringen
mogelijk te maken. Het gaat daarbij onder meer
om een waterdicht Carbon Border Adjustment
Mechanism (CBAM), infrastructuur voor trans -
port en opslag van CO
2
, financiering van pro-
jecten vanuit ETS-opbrengsten (ETS is het
Emission Trade System, het handelssysteem in
Europa voor de CO
2
-uitstoot van de industrie),
toegang tot CO
2
-vrije energie en verlening van
noodzakelijke vergunningen.
TOT SLOT
De roadmap geeft de doelen voor CO
2
-reductie
weer en beschrijft de bijbehorende maatrege-
len. De roadmap kan ook worden gezien als
een verwachting. Hij geeft een realistisch
beeld van de emissiereducties die in de beton-
keten bereikt kunnen worden in 2030, 2040 en
2050. Met voor 2030 en 2040 reducties van res-
pectievelijk 50,4% en 89,5% zitten we dicht bij
de ambities van de Europese Unie voor de
maatschappij als geheel, terwijl cement valt
onder de sectoren waarvoor het bijzonder las-
tig is de CO
2
-emissies te verminderen.
Literatuur
[1] Roadmap CO
?
-reductie voor cement en beton in
Nederland, Cement&BetonCentrum, november
2024
[2] Vermeulen, E., Bouwen met hout of beton?, Cement
3/2020, Aeneas Media
[3] Materiaalstromen, milieu-impact en
energieverbruik in de woning- en utiliteitsbouw,
Stichting Economisch Instituut voor de Bouw en
Metabolic, januari 2020
[4] CEMBUREAU Activity Report, 2023
[5] Mineral resources: Geological scarcity, market
price trends, and future generations, Elsevier, 2016
[6] From Ambition to Deployment - our 2050 roadmap,
CEMBUREAU, mei 2024.
9 Roadmap CO
2
-reductie voor cement en beton in Nederland
7 VAKBLAD 3 2025
De productie van cement en beton leidt om een aantal redenen tot CO2-emissies.
Cement
Wereldwijd draagt de productie van cement maar liefst 7% bij aan de totale, door mensen veroorzaakte CO2-emissie. In Nederland is de bijdrage met 1,9% (2021) weliswaar veel lager, maar ook relatief groot. Dat de bijdrage van in Nederland toegepast cement fors lager is dan de wereldwijde bijdrage heeft meerdere oorzaken. Het gaat om een verhoudingsgetal en Nederland stoot als rijk land relatief veel CO2 uit. Daarnaast gebruiken we minder beton: ongeveer 0,75 m3 per inwoner ten opzichte van 1,75 m3 per wereldburger. Maar de belangrijkste oorzaak is dat het gemiddelde CO2-profiel van in Nederland toegepast cement het laagste ter wereld is, vooral door het gebruik van hoogovencement. In het percentage voor Nederland zijn uiteraard de emissies als gevolg van de in het buitenland geproduceerde maar in Nederland toegepaste cement en klinker meegenomen.
Betonketen in Nederland
De productie van de grondstoffen voor beton (in binnen- en buitenland) en van het beton zelf (zonder wapeningsstaal) draagt 60% bij aan de totale CO2-emissie in de betonketen. De overige 40% is afkomstig van transport, bouw- en sloopwerkzaamheden en wapeningsstaal (fig. 1). Ongeveer 98% van het CO2-profiel van het (ongewapende) beton wordt bepaald door cement.
Reacties