In Maarsbergen wordt gebouwd aan twee onderdoorgangen onder het spoor (fig. 2). Eén waarbij het gemotoriseerd verkeer het spoor ongelijkvloers kruist en één voor het (brom-)fietsverkeer en voetgangers. Om de lengte van de onderdoorgang voor het snelverkeer te optimaliseren, is gekozen de spoordekken uit te voeren als trogdekken. Voor de opleiding Betontechnologisch Adviseur (BTA) van de Betonvereniging is als eindopdracht de meest geschikte uitvoeringsmethodiek onderzocht.              
                
             
                              
                                      
                      ZOEKTOCHT NAAR DE MEEST GESCHIKTE UITVOERINGSMETHODIEK  
In Maarsbergen wordt gebouwd aan twee onderdoorgangen onder het spoor (fig. 2).  
Eén waarbij het gemotoriseerd verkeer het spoor ongelijkvloers kruist en één voor het 
(brom-)fietsverkeer en voetgangers. Om de lengte van de onderdoorgang voor het 
snelverkeer te optimaliseren, is gekozen de spoordekken uit te voeren als trogdekken.  
Voor de opleiding Betontechnologisch Adviseur (BTA) van de Betonvereniging is als 
eindopdracht de meest geschikte uitvoeringsmethodiek onderzocht.  
Uitvoering trogdekken 
geoptimaliseerd
 VAKBLAD   1  202512  
Auteur  Luuk Jansen, Hegeman Bouw & Infra
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   12
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   12	20-02-2025   08:3020-02-2025   08:30
PROJECTGEGEVENS
Project: Spooronderdoorgangen Maarsbergen (UT)
Opdrachtgever: ProRail
Aannemer: Hegeman Bouw & Infra
Contract: Design en Construct (UAV-GC)
Engineering: WSP 
Wapening: Buig Centrale Steenbergen
Betonbouw: Wegro Beton en Bekistingswerken
Betonleverancier: Heidelberg Materials
Leverancier prefab beton: De Jong's Betonbedrijf 
Advies verhardingsbeheersing: Heijboer Betontechnologie, Concretix 
1  Spoordekken in uitvoering (foto: Bertels Fotografie)
 VAKBLAD   1  2025	13 
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   13
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   13	20-02-2025   08:3020-02-2025   08:30
I
n het aanbiedingsontwerp is gekozen voor 
twee spiegelsymmetrische betonnen trog
dekken. Bij dit type wordt het brugdek aan de 
onderzijde tussen de hoofdliggers (wand
liggers) aangebracht (fig. 3). De constructie
hoogte van de vloer is onafhankelijk van de 
overspanning van de liggers. Door de relatief 
stijve wandliggers kan een dunne vloer worden 
toegepast. De vloerdikte is beperkt tot 500 mm 
bij een vrije overspanning van circa 30 m. 
KENMERKEN TROGDEKKEN
De uitvoering van trogdekken is complex. Dit 
gaat gepaard met een uitdagende stortfasering, 
waarbij veelal wordt gekozen de dunne vloer en 
de massieve wandliggers in één betonstort te 
combineren. Ook is er veelal sprake van een 
hoge wapeningsdichtheid, vaak in combinatie 
met langs- en dwarsvoorspanning. Verder gaat 
het om een hoge temperatuurontwikkeling en 
grote temperatuurverschillen in de betonspecie 
als gevolg van de massieve wandliggers, in 
combinatie met een dunne vloer. 
Aan het oppervlak zijn bijzondere eisen gesteld 
conform CUR-Aanbeveling 100, klasse B9. De 
randafwerking (zijkanten van het dek) moest 
worden uitgevoerd in 'ruw/grof' beton. Hierbij 
is door de architect gekozen voor een NOEplast 
structuurmat, type Kairo, ongeacht de soort 
uitvoeringsmethode (fig. 4). 
ONDERZOEK
In de studie is de meest geschikte uitvoerings
methodiek onderzocht waarbij wordt voldaan 
aan de beoogde kwaliteit en risico's worden 
beperkt. Hierbij zijn de volgende thema's  
uitgelicht:
? uitvoeringstechniek (bekisting en stort
fasering) 
? verhardingsbeheersing 
? constructie (wapeningsdichtheid) 
? betonsamenstelling. 
Per hoofdthema zijn diverse varianten opge
steld en vergeleken aan de hand van een 
trade-off matrix (TOM). In deze matrixen zijn 
diverse aspecten vergeleken, zoals financiën, 
uitvoerbaarheid, kwaliteit en planning. 
UITVOERINGSTECHNIEK
Voor het realiseren van de grove afwerking van 
het betonoppervlak zijn drie opties onder
zocht: 
1 Traditionele of systeembekisting met struc
tuurmatten bevestigd aan de bekisting. 
2 Houten traditionele bekisting in combinatie 
met (later aan te brengen) prefab rand
elementen met structuur. 
3 Systeembekisting in combinatie met (later 
aan te brengen) prefab randelementen met 
structuur.
RAPPORT
Dit is een artikel in een serie naar aanleiding 
van de opleiding Betontechnologisch Adviseur 
(BTA) van de Betonvereniging. Het artikel is 
gebaseerd op het adviesrapport 'Realisatie 
spoordekken ? Gebied Midden ? Spoorkruising 
Maarsbergen', dat Luuk Jansen heeft opge-
steld als eindopdracht voor deze opleiding.
Download het rapport op betoniek.nl of scan
de QR-code. Meer over de cursus BTA staat op 
betonvereniging.nl/cursussen/
betontechnologisch-adviseren.
MAARSBERGEN, SPOORONDERDOORGANG N226 - EPVE 57 
KW05
KW06 - 07
KW08
KW09 A-B
KW02 - 03 
KW04
KW01
4.3 Fietsonderdoorgang  
 Woudenbergseweg (kw01) 
4.4 Spoorbruggen en fietsbrug 
 Woudenbergseweg (kw02 - kw03 - 
 kw04)
4.5 Spooronderdoorgang/verdiepte  
 ligging N226 (kw05)
4.6 Spoorbruggen verdiepte ligging 
 (kw06 - kw07)
4.7 Fietsbrug tuindorpweg (kw08)
4.8 Fietsbrug Engweg en groene 
 verbinding (kw09)
KUNSTWERKEN 
2 Ligging onderdoorgangen
3 Dwarsdoorsnede spoordekken (voorlopig ontwerp) 
14
 VAKBLAD   1  2025
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   14
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   14	20-02-2025   08:1420-02-2025   08:14
Met een trade-off matrix zijn onder andere de 
onderstaande aspecten afgewogen: 
1 Financiële consequenties 
2 Impact op hoofddraagconstructie  
(toename eigen gewicht) 
3 Beoogde kwaliteit betonwerk 
4 Uitvoerbaarheid 
In samenspraak met Hegeman Bouw & Infra 
zijn de wegingsfactoren bepaald. Uit de TOM  
is de derde variant, 'systeembekisting in  
combinatie met prefab randelementen', als 
voorkeursvariant naar voren gekomen (fig. 5).  
In Tabel 1 staat een vereenvoudigde weergave 
van de TOM.
Tabel 1. Trade-off matrix uitvoeringstechniek (1b) inclusief waardering en weging (1a)
1aWAARDERING	WEGING
4goed	3belangrijk voor opdrachtgever 
3redelijk 	2neutraal belang voor opdrachtgever 
2matig	1minder belangrijk voor opdrachtgever 
1slecht
0variant niet haalbaar 
1bASPECT WEEGFACTORVARIANT 1 VARIANT 2 VARIANT 3
structuurmatten die op 
de bekistingsplaten 
worden verlijmd, in 
combinatie met een 
houten traditionele 
bekisting
houten traditionele 
bekisting in 
combinatie met 
prefab 
randelementen
.
systeembekisting 
in combinatie met 
prefab 
randelementen
financieel 3 4	2	3
planning 3 1	3	4
ontwerp 2 4	2	2
kwaliteit 2 2	4	4
verhardingsbeheersing2 1	3	3
uitvoerbaarheid 3 2	3	4
betonsamenstelling1 2	3	3
totaal	37	45	54
4 NOEplast type Kairo (bron: NOE)
info@noe.nl	www.noe.eu	1
Maattoleranties
A/B	± 1.00 %
Matdikte	± 2.00 mm
Shore hardheid A	65-70
Bestand tegen 
temperatuur
+ 80.00 °C
Uit een trade-off matrix is de variant met systeembekisting en prefab 
randelementen als beste naar voren gekomen
afronding R=200 mm
scherpe overgang/aftekening 
door sprong 50 mm
betonreliëf middels 
NOEplast-mat type Kairo
5 Dwarsdoorsnede met prefab randelement
STORTPLAN
Bekijk voor een nadere toelichting op de  
uitvoering het stortplan op betoniek.nl of scan 
de QR-code.
15
 VAKBLAD   1  2025
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   15
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   15	20-02-2025   08:1420-02-2025   08:14
Prefab elementen
De keuze voor prefab elementen verkleint de 
kans op ontsierende gebreken. Dit doordat de 
elementen fabrieksmatig onder gecontro
leerde omstandigheden worden gerealiseerd. 
Ook vereenvoudigt deze variant het aanbren
gen van de bekisting en de centerpennen. 
Bovendien is het isolerend vermogen lager, 
wat gunstig is voor de verhardingsbeheersing. 
Bij een volledige uitvoering in het werk zouden 
er dikkere structuurmatten op de bekisting 
worden bevestigd, waardoor er meer warmte 
wordt vastgehouden. Door de hogere tempe
ratuurgradiënt tussen de vloer en de wand
liggers zou dit resulteren in een verhoogd 
risico op scheurvorming. 
Doordat de randen van de troggen, na de stort, 
worden voorzien van randelementen, is er  
veel vrijheid in de toe te passen bekisting en 
paneelindeling. Daarnaast kunnen center
pennen vrijer (zonder vast patroon) worden 
geplaatst. Dit is prettig in relatie tot de hoge 
wapeningsdichtheid. 
De toevoeging van de randelementen leidt 
echter wel tot een toename in het eigen 
gewicht van het spoordek. Maar met de  
voorziene wapenings- en voorspannings
configuratie was dit geen probleem. 
Bevestiging prefab elementen
Voor de bevestiging van de prefab elementen 
zijn boutankers over de lengte van de trog
wand ingestort. Dit om inboren in de voor
gespannen wandliggers te voorkomen. Aan de 
ankers wordt een hoeklijn bevestigd, waar de 
panelen op worden gepositioneerd. Gezien het 
relatief hoge gewicht van de panelen, van circa 
2 m in hoogte, was het niet mogelijk om te ver
ankeren in de dekkingszone. De bevestiging 
viel overigens buiten de scope van de studie.
VERHARDINGSBEHEERSING 
Een trogdek is een constructie waarbij verhar
dingsbeheersing een belangrijke rol speelt, 
vooral omdat twee forse wandliggers zijn ver
bonden met een relatief dunne vloer.  
Deze vloer koelt in vergelijking met de wanden 
relatief snel af, waardoor trekspanningen in  
de vloer ontstaan. Als de wanden afkoelen 
treedt trekspanning op in de onderzijde van  
die wanden. 
Op basis van de keuze voor de uitvoerings
techniek, is een hydratatieberekening voor de 
spoordekken uitgevoerd (fig. 6). Uit de bere
kening bleek dat de begin- en restspanningen 
hoger zijn dan de treksterkte van het beton, 
met een risico op scheurvorming tot gevolg. 
Als toetsingscriteria is 0,5 × treksterkte f
ct
 
gehanteerd (fig. 7 en kader 'Criteria scheur
vorming').
Voor het beheersen van dit risico zijn drie  
varianten beschouwd:
1 Scheurvorming voorkomen door koeling 
2 Scheurvorming beheersen door (aanvul
lende) langswapening 
3 Scheurvorming beheersen door het 
verlagen van de temperatuurgradiënt  
door het afdekken van de vloer. Dit in 
combinatie met tijdige krimpvoorspanning 
(binnen 48 u), waarmee initiële verhar
dings- en krimpscheuren worden dicht
gedrukt.
6 Verhardingsberekening trogdek (bron: Heijboer Betontechnologie)
Spanningsontwikkeling in de kern in het midden van 
de balk (1)Aanzicht eindspanningen
Uit de berekeningen blijken de restspanningen S
zz
 N/mm
2
 van de balk:
 	704 uur (eind spanning)
Punt 1 in de kern in het midden 	3,7
S
limiet
 50% 	2,0
CRITERIA SCHEURVORMING
?
t
 < 0,5 f
ct
  geen risico op scheurvorming
0,5 f
ct < 
?
t
 < 0,7 f
ct  
risico op scheurvorming: in een beperkt aantal gevallen scheurvorming
0,7 f
ct < 
?
t
 < f
ct
 risico op scheurvorming: in de meeste gevallen scheurvorming 
?
t
 > f
ct 
scheurvorming
opgebouwde treksterkte-ontwikkeling
optredende trekspanning in de constructie, 
goed te zien is de dag- en nachtcyclus
50% opgebouwde treksterkte-ontwikkeling;
dit is het toetsingscriteria
16
 VAKBLAD   1  2025
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   16
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   16	20-02-2025   08:1420-02-2025   08:14
Optimalisatie van het betonmengsel was  
binnen de gestelde eisen niet of nauwelijks 
mogelijk (zie verder onder het kopje 'Beton
samenstelling').
Bij de keuze voor de verhardingsbeheersing 
speelde de voorspelbaarheid een belangrijke 
rol. Dit omdat de spoordekken op het kritieke 
pad liggen (gebonden aan een treinvrije  
periode). Ook zijn de spoordekken de enige 
objecten die in eindbeheer komen van de 
opdrachtgever. Verder geldt dat de kosten 
voor verhardingsbeheersing, en dus ook de 
verschillen in kosten tussen de drie varianten, 
slechts een fractie bedragen van de totaal
kosten voor het realiseren van de spoor
dekken. 
Op basis van het criterium voorspelbaarheid 
bleek variant 1 'scheurvorming voorkomen 
door koeling' de meest geschikte. Hiermee 
worden de trekspanningen gereduceerd tot  
< 0,5 f
ct
 (fig. 7). Hierbij speelde ook de stort
datum (zomer) een rol, waarbij de kans 
bestond dat de mengseltemperatuur hoger 
opliep dan de aangehouden 26 °C. 
De overige varianten werden, gezien de kans 
op hoge temperaturen in de zomer in combina
tie met het hoge cementgehalte (C45/55), als 
te risicovol beschouwd. Het afdekken van de 
vloer (variant 3) reduceert net als variant 1 
weliswaar de spanningen, maar niet de tempe
ratuur in de wandliggers. Hierbij zou het risico 
bestaan dat de temperatuur in de wanden te 
hoog oploopt. 
De krimpvoorspanning kan worden gebruikt 
als extra back-upscenario en moet binnen 
48 uur worden aangebracht. 
Aanbrengen koeling 
Per trogwand is één groep van 4 PE-koelbuizen 
aanbracht (Ø32 mm) (foto 8). Deze koelbuizen 
zijn gelijktijdig met de voorspanning aange
bracht. Hierbij is gebruikgemaakt van separate 
supporten.
CONSTRUCTIE 
Uit de constructieberekening bleken vier
snedige beugels over de gehele lengte van de 
wandligger noodzakelijk. Deze dwarskracht
wapening is onwenselijk in relatie tot de  
uitvoerbaarheid van het vlechtwerk en de aan
wezigheid van koeling en voorspankanalen. 
Om de uitvoeringsmethodiek te vereenvoudi
gen, zijn drie alternatieven voor de binnenste 
beugel van de wandligger (fig. 9) vergeleken. 
1 Toepassing vaste, viersnedige beugels 
2 Toepassing T-heads (wapening met een 
platte verankering op het eind)
3 Toepassing dubbele haarspeld 
7 Verhardingsberekening trogdek gekoeld (bron: Heijboer Betontechnologie) 
Spanningsontwikkeling in de kern in het midden van 
de balk (1)Aanzicht eindspanningen
Uit de berekeningen blijken de restspanningen S
zz
 N/mm
2
 van de balk:
 	704 uur (eind spanning)
Punt 1 in de kern in het midden 	2,0
S
limiet
 50% 	2,0
Optimalisatie van de buitenste beugel bleek 	niet mogelijk, omdat dit wringwapening 	betreft.	Bovenstaande varianten zijn weer in een TOM 	uitgewerkt en beoordeeld op deze criteria: 	1 Financiën
2 Planning
3 Uitvoerbaarheid
4 Veiligheid 
8 Positie koelbuizen
koelbuis
koelbuis
koelbuis
koelbuis
opgebouwde treksterkte-ontwikkeling
optredende trekspanning in de constructie, 
goed te zien is de dag- en nachtcyclus
50% opgebouwde treksterkte-ontwikkeling;
dit is het toetsingscriteria
17
 VAKBLAD   1  2025
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   17
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   17	20-02-2025   08:1420-02-2025   08:14
Het toepassen van T-heads bleek de beste keuze. 
Dit verbetert de uitvoerbaarheid omdat de 
T-heads zijn aan te brengen na de voorspanbuizen 
en koeling. Daarnaast komt deze toepassing de 
doorlooptijd van het vlechtwerk en de veiligheid 
(geen opstaande stekken) ten goede. Financieel 
bleken de meerkosten beperkt. 
T-heads zijn in de uiteindelijke uitvoering ook 
toegepast om de additionele splijtwapening ter 
plaatse van de spankoppen te verankeren (foto 
10). Dit heeft geleid tot een reductie in de wape
ningshoeveelheid en dichtheid, waarbij traditio
nele haarspelden met laslengte zijn vermeden. 
BETONSAMENSTELLING
Vanuit het ontwerp was een C45/55 voorge
schreven, met name vanwege het voorspan
systeem (inleidende drukspanning bij span
koppen). Vanuit de OVS (ontwerprichtlijn 
spoor) gold een eis voor toepassing van een 
hoogovencement. Verdere optimalisatie in 
relatie tot verhardingsbeheersing was zoals 
gezegd niet mogelijk. Er was al een cement 
met lage hydratatiewarmte gekozen 
(42,5N LH) en gedeeltelijke cementvervanging, 
door bijvoorbeeld vliegas, was niet mogelijk in 
verband met de eisen aan de kleur.
Het trogdek kraagt over een deel uit (fig. 11). 
Dit deel is verdikt ten behoeve van extra stijf
heid. Vooral in deze verdikte zone, rondom de 
spankoppen, is de wapeningsdichtheid zeer 
hoog (foto 12). Aan de hand van de wapenings
tekeningen zijn de maximale korreldiameter en 
consistentieklasse getoetst. Op basis van de 
wapeningsdichtheid (en de lastige verdicht
baarheid) is geadviseerd deze vloerzones  
(ca. 25 m
3
) als eerste te storten, met een maxi
male korreldiameter (D
max
) van 8 mm en con
sistentieklasse F5. Hierdoor kon direct na de 
eerste twee vrachten worden overgegaan van 
8 mm naar 16 mm en een consistentieklasse F4 
(maar één wisseling in mengsel, die niet kon 
misgaan). Toepassing van een korreldiameter 
van 32 mm zou voor de wandliggers mogelijk 
zijn geweest, maar dat zou leiden tot te veel 
wisselen in mengselsamenstelling in relatie 
tot een slechts beperkte besparing in kosten. 
RELATIE TOT DE PRAKTIJK 
De projectpartners (zie projectgegevens) heb
ben de genoemde aanbevelingen nader uitge
werkt en in de praktijk toegepast. Inmiddels 
zijn beide spoordekken gerealiseerd en in een 
treinvrije periode van oktober 2024 in de 
spoorbaan gereden. Vooral het realiseren van 
de randafwerking met prefab elementen en het 
toepassen van T-heads hebben de uitvoering 
aanzienlijk vereenvoudigd. Dit was wenselijk, 
gezien de hoge complexiteit van de wapening 
en de betonstorten. 
10  T-heads om splijtwapening te verankeren
rood gearceerde zones,
verdikkingen uiteinden troggen, 
gestort met D
max
 8mm  
11  Dwarsdoorsnede verdikkingen vloer, fasen 2a en 2b
9 Onderzochte alternatieven dwarskrachtwapening
12  Wapeningsdichtheid verdikkingen trogdekken
1. toepassen vaste beugel 2. toepassen T-heads  
(haak en eenzijdige kop)
3. toepassen dubbele  
haarspeld
18
 VAKBLAD   1  2025
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   18
12-BV 1-2025_BTA Maarsbergen.indd   18	20-02-2025   08:1420-02-2025   08:14                  
                 
              
    
    
        Projectgegevens
        Project: Spooronderdoorgangen Maarsbergen (UT)
Opdrachtgever: ProRail
Aannemer: Hegeman Bouw & Infra
Contract: Design en Construct (UAV-GC)
Engineering: WSP 
Wapening: Buig Centrale Steenbergen
Betonbouw: Wegro Beton en Bekistingswerken
Betonleverancier: Heidelberg Materials
Leverancier prefab beton: De Jong’s Betonbedrijf 
Advies verhardingsbeheersing: Heijboer Betontechnologie, Concretix 
             
    
                      
Reacties